Electriciteit is de verplaatsing van ladingen door een elektronisch circuit. Een circuit is een rondje. Er is altijd alleen maar verplaatsing als er een "rondje" is. Een stroomkring.

Een stroomkring is een gesloten ronde waarin stroom kan lopen. Vanuit een stroombron, wellicht door een of meer componenten en terug naar de stroombron. Als er geen stroomkring is, dan loopt er geen stroom.

Een stroomkring loopt vanuit een voeding (batterij of een dynamo) door stroomkabels naar/door een of meer componenten en dan terug naar de voeding. De stroom kan in een rondje lopen.

Alle materie bestaat uit hele kleine deeltjes, de atomen. Een atoom bestaat uit een kern. Deze kern is een bolletje bestaande uit protonen (positieve deeltjes) en neutronen (neutrale deeltjes). Eromheen draaien de elektronen. De elektronen zijn negatief geladen.

De positieve protonen trekken de negatieve elektronen aan. De neutronen zijn neutraal en doen hierin niet mee. De sterkte van de landing van een proton en een elektron is gelijk, alleen de ene positief en de ander negatief.

Als er in een kern 3 protonen zitten (lading is dan 3x 1 positief) dan zal deze kern 3 elektronen aantrekken (lading hiervan is 3x 1 negatief). De 3 positievelingen heffen de 3 negatievelingen op. Het geheel is elektrisch neutraal.

Als we nu een elektron zouden toevoegen. De lading van de kern is dan nog steeds 3x 1 positief maar de elektronen hebben dan 4x 1 negatief. Het atoom is elektrisch instabiel. Een elektron zal dan wegvliegen uit het atoom. We noemen dit een vrij elektron. Ons originele atoom is dan met 3x positief en 3x negatief weer elektrisch neutraal. Dit vrije elektron zal echter wegvliegen en een ander atoom tegenkomen. Daar zal het vrije elektron zich binnen werken, zodat er daar een ander elektron wegvliegt. Dat is het nieuwe vrije elektron.

Dit opschuiven van elektronen tussen atomen is een soort stroom van elektronen, een stroom van elektrische deeltjes. Dat is wat we electrische stroom noemen.

De meeste onderdelen van elektrische componenten zijn van koper. Koper heeft 29 elektronen. Door de indeling van de elektronen om de kern. De elektronen vliegen er in een soort ringen omheen. Iedere ring op een andere afstand. Koper heeft een (1) elektron dat in zijn eentje in een ring draait. Dit elektron is amper gebonden aan de kern. En zal dan ook gemakkelijk uitbreken.

Koper heeft meestal een flinke hoeveelheid vrije elektronen. Omdat de vrije elektronen niet gebonden zijn aan een specifiek atoom kunnen ze vrij rondbewegen. Hierdoor is koper een uitstekende geleider en bevatten de meeste elektrische componenten onderdelen van koper.

Thuis komt de meeste stroom uit het stopcontact. Dat is 220V spanning. Stroom is niet gratis. Stroom moet je betalen naar de hoeveelheid die je verbruikt. Het verbuik meten de energie bewijzen in kilowattuur. Hier wordt het aantal kilowatts mee bedoeld, dat je een uur lang is afgenomen.

Een lamp van 100 watt die 10 uur heeft gebrand. Die heeft tien uur lang 100 watt afgenomen. Uitgerekend: 100 watt * 10uur = 1000 watt/uur, precies 1 kilowatuur. Deze lamp kost 50 cent.

Een LED lamp van 12 watt die 10 uur heeft gebrand. Die heeft tien uur lang 12 watt afgenomen. Uitgerekend: 12 watt * 10uur = 120 watt/uur, precies 0,12 kilowatuur. De LED lamp kost maar 6 cent, en is dus veel zuiniger in verbruik.